Veranderingen draaien om gedrag

Om de kansen voor mobiliteit optimaal te benutten en effectief beleid te maken is het belangrijk rekening te houden met menselijk gedrag in alle stadia van beleidsvorming. We moeten ons bewust zijn dat mensen zich niet altijd rationeel gedragen en dat er geen verandering plaats kan vinden zonder mensen mee te krijgen.
Voorwaarde 2. Vervoer is voor iedereen

Als samenleving komen we er steeds meer achter dat ons verkeer en vervoer niet voor iedereen geschikt of makkelijk te gebruiken is: Vervoersarmoede. Mensen met toegang tot een auto hebben veruit de hoogste bereikbaarheid van voorzieningen en banen, zelfs in de spitsuren. Van Vervoersarmoede naar inclusie vergt een brede, maatschappelijke aanpak.
Voorwaarde 1. Mobiliteit moet veiliger

Het aantal verkeersdoden en -gewonden stijgt zowel in zowel Nederland als Zuid-Holland. Dat heeft verschillende oorzaken: meer inwoners, meer ouderen, meer voertuigen, meer drukte, meer afleiding. De – landelijke en provinciale – ambitie blijft nul verkeersdoden in 2050 (‘Maak een punt van nul’).
8. Slimme technologie

Smart mobility is een term die vaak valt voor het oplossen van mobiliteitsproblemen. Het gaat over het samenbrengen én sturen van vraag en aanbod in de mobiliteit (diensten, verkeer, systemen). Smart mobility kan helpen om mobiliteit aantrekkelijker, duurzamer, efficiënter, schoner, toegankelijker én veiliger te maken, ook door alternatieven als lopen, fiets en OV bij automobilisten in beeld te brengen.
7. Slim onderhoud infra; circulair en duurzaam

Goede infrastructuur moet goed onderhouden worden. Daar gaat veel tijd en geld inzitten. Dat moeten we slim doen. Zuid-Holland wil in 2050 circulair zijn, dus reststromen volledig opnieuw benutten. Oók op het gebied van infrastructuur. Duurzame infra en circulariteit zorgt ervoor dat we ons milieu schoner achterlaten voor volgende generaties en we minder afhankelijk worden van grondstoffen, ook uit andere landen.
6. Duurzaam & schoon vervoer (goederen & personen)

Het overgrote deel van de vaar- en voertuigen in Zuid-Holland gebruikt nog fossiele brandstoffen. Dat veroorzaakt het broeikasgas CO2 en het schadelijke fijnstof en stikstof. De ambitie is om met grote stappen naar nul uitstoot te gaan. Schepen auto’s, bussen, vrachtwagens, bestelwagens: die gaan allemaal vooruit op elektriciteit
5. Naadloze overstap tussen fiets, OV, deelvervoer & auto

Een reis per fiets of auto gaat vaak van-deur-tot-deur. Dat is vaak snel, maar lang niet altijd: denk aan files of werkzaamheden onderweg en drukte en parkeerproblemen in de stad. Een ketenreis kan een alternatief zijn. Ketenvervoer of ketenmobiliteit is het aaneensmeden van losse vervoerschakels (losse ritten) tot één aaneengesloten keten (hele reis). Voorwaarde is wel dat elke overstap naadloos of in elk geval zo makkelijk en snel mogelijk verloopt.
4. Publieke vervoer & deelmobiliteit

Publieke mobiliteit is de manier om van A naar B te komen als je niet met je eigen vervoer reist. Het gaat niet alleen om openbaar vervoer, maar ook om deelmobiliteit, flexvervoer, meerijdiensten, doelgroepenvervoer en hubs. Er liggen kansen in Zuid-Holland voor!
3. Ruim baan voor openbaar vervoer

De kracht van het openbaar vervoer is het bundelen van individuele ritten tot collectieve stromen. Dat scheelt ruimte op de weg en in steden, levert veiliger verkeer op en is beter voor het milieu. Overheden kunnen het OV versnellen & stimuleren, zodat het meer reizigers trekt. En zorgen dat de internationale trein het gaat winnen van het vliegtuig voor reizen tot 750 km.
2. Prioriteit voor lopen & fietsen

Steeds meer overheden omarmen het STOP-principe. STOP staat voor Stappen (lopen), Trappen (fietsen), OV (openbaar vervoer) en Personenauto, in díe volgorde. Dus meer prioriteit voor lopen & fietsen (vooral in bebouwde omgeving). Denk aan aantrekkelijke loop- en fietsroutes en voldoende mogelijkheden en ruimte om fietsen veilig te stallen.